Sjef ten Berge schreef:
Sinds ongeveer het begin van de zomer geldt er langs de weg Nekkeveld een stopverbod. Sommige aanwonenden en belanghebbenden van elders hadden daar al jaren bij de gemeente Nijkerk op aangedrongen.
Boven onze eerste excursie hing zodoende de doem dat we de massaliteit in de lucht niet meer zo intens zouden kunnen beleven als in het verleden. Een ons welgezinde groep van zo’n 200 goudplevieren die we van het Arkmheensepad redelijk nabij kregen hielp die doemgedachte meteen al in het begin om zeep. Daar was wel de hulp van twee zeearenden voor nodig die in de weilanden, zuidelijk van boerderij De Ark gezellig op twee palen zaten te dommelen. Als ze gingen verzitten werd dat versterkt zichtbaar in opwolkende kieviten, in wat minder grote aantallen goudplevieren en enkele bonte strandlopers en kemphanen. Overigens kregen ze bij deze acties flinke bijval van de smienten, die in massaliteit zeker niet de mindere waren.
Overigens waren de kemphanen óók relaxed aanwezig op bijna elke zandbank in het Schuitenbeekbed. De tientallen bonte strandlopers hadden deze zaterdagochtend alleen maar driftige pasjes, zo te zien.
De anderhalve kilometer winderig wandelen van het gemaal naar het riet ter hoogte van de boerderij Nekkeveld over de kruin van de Zeedijk was minder uitbundig. Dat werd anders toen er vele tientallen brilduikers, vooral mannetjes, gezamenlijke en simultane fourageerduiken uitvoerden. Het wegvliegen van groepjes ging gepaard met fluitende vleugelslagen, zoals we dat niet vaak horen.
De inspectie van de palen ter hoogte van de rietbocht bij Nekkeveld leverde geen Pontische meeuwen op. Op naar de Blokkendam, waar een mengsel van pijlstaarten, wilde eenden en kuifeenden interessant werd door de paar kemphanen en bonte strandlopers.
De zuidwesten wind kon niet bij de luwte van het water en het strand van Nulde. Zodoende vertoonde het tapijt van duizenden smienten en soms kuif- en tafeleenden een slaperige aanblik. Daar moest je je als toeschouwer niet door laten beetnemen, want de stiekeme nonnetjes ertussen waren intensief aan het vissen. Alleen vrouwtjes. Bij de veertig aanwezige zwanen hebben we tevergeefs gespeurd naar de kleine zwaan.
Dat de witgatjes langs hun slikjes van de Schuitenbeek duidelijk zichtbaar waren dankten we misschien wel aan de langdurige geringe regenval in de afgelopen zes weken. Daardoor waren er tenminste slikjes. Vermoedelijk hadden de wulpen zich in de weilanden langs Nekkeveld verstopt. We hebben er geen gezien, maar wel een keer hun roep gehoord.
Beetje tevreden waren we wel.