Jeroen Steenbergen schreef:
Zondag 16 april stond er voor Utrecht-stad een bezoek aan de Biesbosch gepland. Het was de hoop dat deze op een mooie lentedag zou plaatsvinden, maar helaas leek dat er even niet in te zitten. Met een groep van 11 mensen reden we richting het gebied, waarbij het onderweg begon te regenen. Bij onze eerste stop voorbij Werkendam regende het nog, maar gelukkig stopte dat wel snel. Wel bleef het erg koud, met een flinke noordenwind.
We begonnen met een zingende Veldleeuwerik, waarna we Rietzanger en Cetti’s zanger konden bijschrijven. Boven het gebied vlogen enkele Zwartkopmeeuwen en een groepje Oeverzwaluwen. Een Lepelaar stond te rusten, en er zwom een groepje Kluten.
In de lucht ontdekten we de eerste Zeearend, een onvolwassen vogel, die zich op gepaste afstand aardig liet zien en flink wat paniek veroorzaakte onder de ganzen en Bergeenden.
Bij een volgende stop vonden we een groep Grutto’s, waarvan een deel IJslandse. We reden door naar polder Hardenhoek en liepen vanaf de camping langs de polder. Er vlogen enkele Visdieven, op een slikje liepen 3 Zilverplevieren en een Kleine Plevier. Vrij ver weg in een boom zat een Visarend een vis te eten. Zwartkopmeeuwen vlogen geregeld over, waarbij het kenmerkende mauwende geroep goed te horen was.
Bij Pannekoek maakten we een wandeling door het bos, in de hoop op Nachtegalen. Helaas hoorden we deze niet, maar wel enkele Gekraagde Roodstaarten. Op het punt waar je opnieuw over Hardenhoek kunt kijken werden we gewezen op een Zeearend die in het water zat en daar af en toe wat rondrende. Wat staat zo’n vogel toch hoog op de poten als je m zo ziet! De vogel vloog op, waardoor goed te zien was hoe imposant hij was.
Na koffie met wat anders reden we richting de Petrusplaat. We zochten enkele weitjes af voor Beflijsters, maar vonden alleen Witte Kwikstaarten, met daartussen een vrouw Rouwkwikstaart.
Verderop bij polder Ganzewei was er een nieuw target: er was flink behoefte aan Zomertaling, en die werd prima ingelost door de aanwezigheid van maar liefst 7 vogels. Ook enkele Pijlstaarten en Smienten lieten zich fraai zien.
Hierna pakten we de pont bij de Kop van het Land, om in de Nieuwe Dordrechtse Biesbosch verder te zoeken. Hier zagen we Kleine Zilverreigers, opnieuw Zomertalingen, een Groenpootruiter. We hoorden een Roerdomp en een Snor.
Als laatste maakten we een wandeling over de Tongplaat. Voor de meesten van ons was dit een nog onbekend gebied, maar er was genoeg te zien. Veel sporen van Bevers, en een fraai afwisselend rivierlandschap. Bij een uitkijkpunt besteedden we een hele tijd aan het afspeuren van de grote groepen langstrekkende zwaluwen: erg veel Oeverzwaluwen, de nodige Huiszwaluwen en, hoera, een stuk of vijf Gierzwaluwen. Zou het dan toch lente zijn?
Op de Merwede zwom een groepje Middelste Zaagbekken, maar het hoogtepunt kwam daarna, met een fraaie overvliegende Rode Wouw.
Koud, maar tevreden besloten we deze dag met een soortenlijst van rond de 90 soorten.