Als we op zaterdagochtend 13 juni om zeven uur verzamelen bij het CNME Schothorst, voelt het frisjes maar tegelijk nog aangenaam zacht. Wanneer we een uurtje later bij de Groene Jonker uit de auto stappen, is het andere koek. Er zit een grasmus in de struiken die ons zingend welkom heet, maar door de flinke wind is het hier onaangenaam en de lucht is dreigend donker bovendien. We negeren niet de grasmus maar wel de dreiging en gaan op zoek naar zwarte ruiters, porseleinhoenders, zwarte ibissen, steltkluten en alles wat de Groene Jonker verder leuk maakt. Terwijl de fotografen (tweederde deel van het gezelschap) zich vermaken met een lepelaar die voortdurend grote vissen uit het water opdiept, is het resterende derde deel van de groep op zoek naar porseleinhoenders. Voortdurend de rietige oevers scannen levert echter geen resultaat en de lucht wordt almaar donkerder.
Bruine kiekendief (foto: Hans van Zummeren)
Voortdurend de rietige oevers scannen levert echter geen resultaat en de lucht wordt almaar donkerder. Hoe goed we ze ook checken, niet één van de talrijke tureluurs in het gebied blijkt stiekem een zwarte ruiter te zijn. Wel zien we plots wèl drie zwarte vogels waar we blij van worden: ibissen. Als we ze uiteindelijk te dicht naderen blijken er achter de hoge rietkraag vijf te zitten, sommige met enorme happen uit hun vleugels vanwege de rui, maar vliegen doen ze nog prima. Inmiddels maakt zich iets donkers en iets talrijks los uit de achtergrond. Het blijkt een grote groep vogelaars te zijn die ons inhaalt door ons achterna te lopen. Kenners herkennen hier teksten uit De Dodenrit. Het blijkt immers uitgerekend ook de dag te zijn waarop Drs. P zijn laatste adem uitblaast, hoewel we dat pas een dag later vernemen uit de sociale media.
Zwarte sterns (foto: Hans van Zummeren)
Wij proberen op onze eigen manier deze dag gedenkwaardig te maken, en dat terwijl de regen inzet. Daarom verlaten we de teleurstellende Groene Jonker (we zien alleen nog een blauwborst), slaan de Ruijgeborg over vanwege de regen en gaan naar de Zouweboezem. Dat pakt goed uit, want achter de dijken langs de Lek is het inmiddels droog, warm en bijna zonnig. Dit keer worden we verwelkomd door de spotvogel. Ook de zwarte sterns stellen niet teleur. Het wordt ronduit spectaculair als er een boomvalk laag over de vlotjes vliegt: alle sterns op de wieken. Verderop vliegt een zestal bruine kiekendieven voortdurend laag over (waarschijnlijk) twee koppeltjes steltkluten. Schijnbaar onvermoeibaar gaan de langpoten dapper achter elke kiekendief aan die te dicht in hun buurt komt, maar dit moet ze enorm veel energie en stress kosten, dat kan niet anders. Zouden hun jongen dit kiekengeweld gaan overleven?
De vogelkijkhut in de Zouweboezem (foto: Rien Jans)
Purperreiger (foto: Hans van Zummeren)
De purperreigers hebben het vergeleken met de steltkluten een stuk rustiger. Op hun dooie gemakje wapperen ze van fourageerplek naar broedplaats. Waar je ook kijkt, steeds zijn er wel een paar in de lucht. Aangevuld met putters, groenlingen en koekoek wordt het hier heel aardig vogelen, zeker wanneer de boomvalk nog even een anti-libellenshow komt geven. Tja, wie stal hier vandaag nu eigenlijk echt de show? De blauwborst bij de in/uitgang van het gebied? Die laat zich van héél dichtbij fotograferen, maar de plaatjes van twee meter afstand blijven alleen aan een andere fotograaf voorbehouden. Die wil natuurlijk elke fotograaf wel, maar in de beperking toont zich de meester. Toch, Rick?
Rien Jans