Bert van Dillen schreef:
Op een niet al te vroeg tijdstip (08.00 uur) verzamelden 10 vroege vogels zich voor de eerste excursie in 2024 van de afdeling Vechtplassen. Na de beste gelukwensen voor 2024, in het bijzonder voor een vogelrijk 2024, toogden we richting de buitenhaven van Stellendam. Onderweg pikten we nog een deelneemster op bij de carpoolplaats in Woerden. Bij Stellendam aangekomen werd onze groep gecompleteerd met de zwager van een van de deelnemers.
Nu konden we echt beginnen aan een nieuw vogelkijkjaar. Helaas voor ons direct met motregen en daardoor wat minder goed zicht. Maar gelukkig zagen we wel veel steltlopers op de slikken foerageren, zoals zilverplevier, kluut, bonte strandloper, scholeksters en wulpen. In de buitenhaven veel futen en een paartje grote zaagbek. Een prima begin ondanks de nattigheid.
Vervolgens reden we naar de Plaat van Scheelhoek, aan de oostzijde van Stellendam. Hier vlogen vier vrouwtjes blauwe kiekendief en een man en vrouw bruine kiekendief. Vooral één van de dames blauwe kiekendief liet zich mooi aanschouwen.
Op zoek naar roodhalsgans en zwarte rotgans
De Middeldijk bij Goederede was de volgende bestemming. Immers, daar was de laatste dagen een roodhalsgans gespot. Hoe we echter ook zochten en speurden, geen roodhalsgans te bekennen. Wel vele brandganzen en een klein aantal kolganzen. En een stel langs vliegende lepelaars die klaarblijkelijk hadden besloten om niet verder naar het zuiden te vliegen en in de delta de winter door te brengen.
Dan maar proberen om aan de binnenzijde van de Brouwersdam de daar recent waargenomen parelduikers te spotten. Het zicht was minder door een volgende bui met motregen. En helaas bleek er aan die zijde ook een soort zeilwedstrijd aan de gang te zijn die voor de nodige verstoring onder de vogels zorgde. Gevolg: geen parelduiker te bekennen.
We reden vervolgens naar de noordzijde van de Brouwersdam. Al snel ontdekte een van de deelnemers een ijsduiker achter de strekdam van het haventje aan de noordzijde van de dam. De vogel dook veelvuldig en het duurde even voordat iedereen de vogel had kunnen bekijken. Een kuifduiker zat gelukkig dichterbij evenals een mooie zilverplevier, drieteenstrandlopers en steenlopers.
We reden langzaam de dam af richting Ellemeet. Onderweg nog een andere mooie ijsduiker, diverse eidereenden, middelste zaagbekken, brilduikers en paarse strandlopers. Bij de Spui een mooi mannetje zwarte zee-eend en een viertal kuifduikers.
Bij Serooskerke sloegen we af, de Stolpweg op richting de Koudekerksche Inlagen. Al snel zagen we vlak langs de weg een groep van 15 koukleumende kleine zilverreigers en enkele lepelaars. Arme beesten; de sloten nog grotendeels met ijs bedekt en dan een koude wind met motregen. Geen pretje voor een kleine zilverreiger of lepelaar. Ze stonden dan ook erg zielig bij elkaar, diep ineen gedoken.
Bij de eerste de beste kreek liepen veel tureluurs, een kanoet en enkele bonte strandlopers. Op de akkers en weilanden achter de Koudekerksche Inlagen veel kieviten, goudplevieren, wulpen en ook zilverplevier en kemphaan. En een groep van 13 reeën.
Bij Burgh Haamstede zochten we tussen (zwartbuik)rotganzen naar de zwarte rotgans. Dat lukte wonderwel. Het viel echter niet mee de vogel goed in beeld te houden omdat hij regelmatig onzichtbaar was tussen de gewone (zwartbuik)rotganzen.
Slechtvalk op leeftijd
Op de Delingsdijk bij Serooskerke stopten we voor een mooi uitzicht over de noordelijke Prunjepolder. We zagen al snel mooie groepjes smienten, pijlstaarten en wintertalingen. En een fraai mannetje slechtvalk die vlak langs de weg op een verkeersbord ging zitten. Nadat de vogel bleef zitten toen een auto hem van dichtbij passeerde, besloot ik om samen met een van de deelnemers te proberen om de vogel te fotograferen. Wonderwel bleef de vogel zitten toen we langzaam aan de andere kant van de weg stopten. Wat een geweldige ervaring om de snelste roofvogel op onze aarde van zeer nabij te kunnen bekijken en fotograferen. De vogel vond het na 5 minuten wel welletjes en vloog naar de Delingsdijk om daar op een ander verkeersbord vlak bij de andere deelnemers van de excursie te gaan zitten. Ook nu liet de vogel zich op de plaat zetten en fraai bekijken. Hij bleek aan beide poten geringd te zijn; een normale aluminium pootring van het Vogeltrekstation (‘VT-ring’) en een oranje kleurring. Via de foto’s konden we vrijwel de gehele cijfercode van de VT-ring en de lettercode van de kleurring aflezen. Eén van de deelneemsters, Yvonne van der Maat, is lid van de werkgroep Slechtvalk en heeft nadien de herkomst van dit mannetje slechtvalk achterhaald! Hij blijkt geboren in een nestlast op de Hef, de oude spoorbrug in Rotterdam en is in 2011 geringd nadat hij als nestjong in de Vogelklas Karel Schot terecht was gekomen. Hij zit nu dus al in zijn 14e levensjaar, dus al aardig op leeftijd voor een wilde slechtvalk.
Reislustige kleine zwanen
Aan de zuidoostzijde van de Prunjepolder zagen we twee grutto’s van de IJslandse ondersoort islandica.
Nabij Kerkwerve (Tureluursweg) vonden we een grote groep kleine zwanen (64 exemplaren) tussen een groep van minstens 1200 toendrarietganzen. Even verderop, nabij Schuddebeurs, troffen we een nog grotere groep kleine zwanen aan (circa 80) samen met 24 wilde zwanen. Twee kleine zwanen hadden gekleurde halsbanden om en een andere bleek van een zender voorzien. De twee halsbanden hebben we met de telescoop mooi kunnen aflezen. Thuisgekomen de ringgegevens opgezocht via de websites www.cr-birding.org (European colour-ring Birding) en www.geese.org. Beiden bleken mannetjes te zijn waarvan de een als adult in december 2014 in Noord-Brabant was geringd en de ander als adult in 2022 in Zeeland.
Het leuke is dat je via die websites alle ingevoerde waarnemingen van de betreffende vogel kunt bekijken. Zo heeft het eerste mannetje weliswaar een voorkeur om in Nederland (Zeeland) te overwinteren maar blijkt ook dat hij in de winter van 2016/2017 In Norfolk, Engeland, heeft overwinterd, en in de winter 2018/2019 in Noord-Duitsland is gebleven. En dat hij op de heen- en terugreis naar en van de broedgebieden in arctisch Rusland vaak Estland heeft aangedaan.
Het tweede mannetje kleine zwaan bleek een half jaar nadat hij in 2022 in Zeeland was geringd, waargenomen te zijn in de meest westelijke broedgebieden van de kleine zwaan in Rusland, het eiland Kolgoejev. Dat eiland ligt in de Barentszzee op circa 3000 kilometer van ons land vandaan.
Tot slot zijn we naar de flamingo’s gereden die iedere winter verblijven langs de Grevelingen, grofweg tussen de Grevelingendam en het plaatsje Herkingen, aan de noordzijde van de Grevelingen op het eiland Goeree-Overflakkee.
Uiteindelijk hebben we op deze eerste excursie van 2024 ruim 80 soorten waargenomen, een goede start van het nieuwe vogeljaar.