Leuk, ineens twee stukjes in de Kruisbek over de impact van vogelen, en dan met name van autovogelen en van vogelvliegreizen, op natuur, op soortenrijkdom, op milieu en op klimaat. De boodschap is duidelijk: we moeten minder autorijden en minder vliegen, en ik ben het daar natuurlijk van harte mee eens. Bedenk ik terwijl we met drie man in de auto op weg zijn naar een grijze strandloper in de kop van Noord-Holland. Een uur en drie kwartier rijden, en een uur en drie kwartier terug.
‘Autovogelen is natuur verloochenen’. Wie kent die spreuk niet, die jarenlang in bijna elke vogelkijkhut op de wanden geklad stond (en staat?). Door NJN-ers of JNM-ers van weleer die inmiddels allemaal, vrees ik, ook met de auto naar die grijze strandloper rijden en met het vliegtuig naar Marokko of daaromtrent gaan om daar vogels te kijken. Net als ik. We hebben allemaal mooie principes maar de praktijk is meestal weerbarstig. Ook ik voldoe niet aan mijn eigen normen en ik zal die dan ook niet aan anderen opleggen. Maar uiteindelijk moeten we veranderen. Allemaal. Ook wij vogelaars. Daar is geen ontkomen aan, op straffe van een nog verdere toename van het aantal en de hevigheid van de natuurrampen die uiteindelijk ook Nederland zullen treffen. Voordat het op een keer te laat is. Dus wat minder verre excursies en vaker in de regio blijven: ja. Maar er is wat mij betreft nog een andere optie is: we kunnen ook wat vaker met trein en bus en eventueel (vouw- of OV)fiets in plaats van met de auto. Zelf doe ik altijd al bijna alles op die manier en heel veel is zo prima bereikbaar. Dat kan ook op de excursies.