We wilden het nog maar’s proberen: een datum plannen en afwachten welke soorten er die dag te halen zouden zijn. In de weken vooraf appten we al heen en weer over mogelijke bestemmingen, waarbij soorten als Witkopgors, Waterspreeuw en IJsduiker hoge ogen gooiden. Helaas werd van de gors weinig meer vernomen, dus richting zuid ging het niet. Het noorden leek betere papieren te hebben met weliswaar geen keiharde, maar toch zeker leuke soorten als Kleine Alk en verschillende soorten Rotganzen. Waarna we inderdaad voor die optie kozen.
Met een groep van zes mensen reden we richting Den Oever. Onderweg besloten we een tussenstop in te lassen in Amsterdam Noord, waar al enkele dagen een Taigaboomkruiper werd gezien. Daar aangekomen hadden we al snel een groepje boomkruipers in beeld, maar het kostte nog wat moeite om de goede vogel er tussen uit te pikken, maar na een tijdje was iedereen overtuigd dat hij/zij de juiste vogel had gezien, waarna de toch verder ging.
In Den Oever was gisteren, gelukkig toeval, een Kleine Topper ontdekt. Deze vogel bleek nog aanwezig en aangezien er al meerdere mensen stonden konden we gelijk aanschuiven. De vogel zwom in een grote groep duikeenden, waartussen we ook een gewone Topper vonden.
Volgende stop was Breezanddijk, halverwege de Afsluitdijk. Hier bevindt zich al enkele weken een Kleine Alk, die zich ook nog ’s van dichtbij laat bekijken. Ook deze vogel werkte perfect mee. Aan de belletjes-sporen kon je zien waar de vogel weer op zou duiken, en dat was vaak niet ver uit de kant. Fraai!
We reden door naar Harlingen om in de haven op zoek te gaan naar Sneeuwgorzen. Al snel vonden we hier een mooie groep van 13 vogels, met daarbij ook enkele Kanoeten, een Oeverpieper en een Drieteenstrandloper. Langs de pier vloog een Blauwe Kiekendief en op zee zwommen enkele Toppers.
Verder Friesland in leek niet zo handig zodat we toch weer terug reden over de Afsluitdijk, om op Wieringen te zoeken naar rotganzen. Al snel vonden we een flinke groep, waarin we maar liefst twee Zwarte Rotganzen en minimaal één Witbuikrotgans vonden. Er kwam een melding binnen van een Kleine Burgemeester in de haven van Den Oever, zodat we snel die kant op gingen. Helaas bleek deze vogel onvindbaar, maar wel zagen we er een fraaie Roodhalsfuut, en een IJsvogel die fraai op de rotsblokken zat.
We eindigden de dag bij de Noorderdijkweg, waar we een Waterpieper zagen en we opeens enkele Baardmannetjes hoorden, die nog even kort boven het riet vliegend te zien waren. Dik tevreden aanvaardden we de thuisreis, terugkijkend op een succesvol dagje ’twitchen’.