Ron Keet schreef:
Het is grijs en nagenoeg windstil weer. We horen bij aankomst in Vogelenzang onmiddellijk vele vogels fluiten. Uit een hoge boom vliegen vier halsbandparkieten weg en een grote bonte specht is aan het roffelen.
Mijn liefde voor de natuur begon in de zestiger jaren van de vorige eeuw in deze duinen, die al sinds 1853 gebruikt worden voor de drinkwaterwinning. De vele konijnenkeuteltjes zijn er nog steeds. De vele damherten waren er toen nog niet. Ook leek het aantal met helder stromend water gevulde kanalen behoorlijk toegenomen, terwijl de op golfholes gelijkende zandplaten, om ruimte te bieden aan de zandhagedis, ook een nieuwe verschijning voor mij waren.
We lopen eerst door het Engelse bos en zien en horen een vroege/overblijvende zanglijster. Goudhaantjes laten zich prachtig bewonderen, te midden van boomklever, koperwiek en de nodige meesjes.
Al gauw komen we aan bij het eigenlijke infiltratiegebied en gaan we verder op zoek naar de diverse vogelsoorten. De niet al te brede kanalen zorgen er voor dat we enkele prachtige eenden soorten van dichtbij kunnen bewonderen. Brilduiker man en vrouw zijn tot in de streepjes en oogringen prachtig te
bewonderen. Ook een tiental vrouwelijke zaagbekken komen telkens uit het riet tevoorschijn. De dodaarzen duiken en komen boven. In totaal komen we op 9 eendensoorten, al moet de meest bijzondere nog komen.
Eerst zien we nog een ijsvogel vliegen en neerstrijken in de onderkant van een berkenboom. We kunnen het rossig/bruinrood en blauw van deze schitterende vogel met de telescoop langdurig gewaarworden.
We lopen verder op weg naar de Zwanenplas en komen eerst aan bij het Nieuwkanaal. Ik zie de schim van een roerdomp net in het riet verdwijnen. Als een onzichtbaar standbeeld zien twee deelnemers hem in het riet staan, met een perfecte camouflage, waardoor de rest van de groep hem niet te zien krijgt.
In de Zwanenplas zien we vervolgens een tiental prachtige krooneenden, waaronder een aantal vrouwtjes, die ook zonder kroon erg mooi zijn. In het riet laten een 15-tal baardmannetje/vrouwtjes zich langdurig gadeslaan, met daarachter een klein legertje fotografen, die allemaal het mooiste plaatje willen schieten.
We gaan verder op zoek naar de wilde zwaan, maar die is even gevlogen. Ook een damhert met een reusachtig gewei, dat mooi uitkomt boven het gele gras is een leuke bezienswaardigheid. De grijze middag laat ons weinig vogels meer zien, op een overvliegende torenvalk na. De wandelaars nemen nu het heft in handen op weg naar restaurant ’t Panneland.
Tevreden keren de dertien vogelaars in de loop van de middag terug op de parkeerplaats met 41 waargenomen soorten.